Op wintersport naar Italië

Wie zin heeft in een sportieve vakantie komende winter, zou Italië eens moeten overwegen. Het land staat sinds de Olympische Winterspelen van 2006 behoorlijk op de kaart als een echt wintersportland. Dat is niet zo gek, want Italië heeft uitgestrekte wintersportgebieden. Benieuwd naar welke gebieden we bedoelen? Lees dan gauw verder.

Bekende wintersport gebieden in Italië

Bekende skigebieden in Italië zijn onder andere Val Gardena, Val di Fiemme en Val di Fassa. Ook het val D’Aosta (ten zuidwesten van de Italiaanse Alpen) en de Via Lattea zijn populair. We mogen ook zeker de Sella Ronda niet vergeten. Volgens de Italianen is dat de mooiste skitocht. De tocht is relatief gemakkelijk en het is leuk voor het hele gezin. Je kunt er gerust een dag voor uittrekken. Iedere skiër moet het eens gedaan hebben.

Ieder skigebied is bijzonder. Je kunt je camera beter niet vergeten: je kunt dan adembenemende panoramafoto’s nemen. In Italië krijg je eigenlijk het beste van twee seizoenen. De zon doet je denken aan de zomer, terwijl je heerlijk kun skiën in de sneeuw. Dat komt door de zuidelijke ligging van het land. De zon schijnt dan ook zo’n 7 tot 8 uur per dag.

Val Gardena

In het Ladinish noemt men dit gebied ‘Gherdëina’, maar de Italianen geven het liever de naam ‘Val Gardena’. Het ligt in het noorden van de Dolomieten en werd vooral bekend door de skiwedstrijden voor de Wereldbeker Alpineskiën.

In dit dal komen drie wintersportdorpen samen: Oritisei (St. Ulrich), San Cristina en Selva (Wolkenstein). Met een snelle cabinelift kun je vanuit Ortisei naar de Secedatop of de Monte Piz. Vanaf daar kun je dan naar het centrum van San Cristina. Voor 7 euro maak je gebruik van de skibus. Dan kun je kiezen of je wil winkelen of après-skiën.

Val di Fassa

Dit meer dan 100 kilometer tellende wintersportgebied is voor de echte avonturier: er staan veel ruige rotsen en de zwarte piste ‘Alberto Tomba’ is bijna loodrecht. De piste is vernoemd naar één van de beste skiës uit de jaren ’80 en ’90. Hij werd beroemd door zijn agressieve stijl.

Zowel beginners als gevorderden kunnen in Val di Fassa terecht. Het gebied is vooral bij langlaufers erg geliefd vanwege de beroemde Marcialongatocht. Die telt maar liefst 30 kilometer. Het seizoen loopt van november tot april. In deze maanden rijden er ook gratis skibussen.

LatteaMet

Via LatteaMet 400 kilometer aan pistes heb je een grote kans op sneeuw. In Via Lattea komen de Franse bergen Montgenèvre en Mont de la Lune samen met de Italiaanse plaatsen Sestriere, Sauze d’Oulx, San Sicario, Cesane en Claviere.

Het gebied is boven de rivier de Durance vooral ingesteld op beginners, maar het is ook zeker geschikt voor gevorderden. Dat komt vooral door de vele off-piste mogelijkheden.

D’Aosta

Wie niet zo van skiën houdt, maar meer van rustig wandelen door de bergen, kiest zeker voor de Val d’Aosta. Dan kun je niet alleen genieten van de natuur, maar ook van culturele bezienswaardigheden en tradities van lang geleden.

Denk bijvoorbeeld aan de Kerk van St. Pieter en Orso, met een aangelegen klooster. Je kunt in de kerk een gotische, romaneske stijl bewonderen.

De Dolomieten

De meeste Italiaanse wintersportgebieden liggen in de Dolomieten. Dat gebied is zo indrukwekkend, dat het Unesco Werelderfgoed is. Meestal kun je er tot april nog volop skiën. Nu is Italiaanse een redelijk zonnig, warm land. Bij sneeuwgebrek zetten de wintersportparken talloze sneeuwkanonnen in. Zo gaat er geen dag verloren van een mooie vakantie.

De grootste skicaroussel ter wereld ligt aan de zuidoostkant van de Italiaanse Alpen. We noemen het de ‘Dolomiti Superski’. De Italianen bieden meer dan 450 bergbanen en skiliften. Dat komt neer op zo’n 1200 pistenkilometers. Met één chipskipas kom je op ten minste de helft van die kilometers.